Uitleg Samhain
In de literatuur van de Kelten wordt vermeld dat Samhain het Keltische nieuwjaar was.
Het rituele nieuwe jaar begint dan ook met het Keltische Samhain op 31 oktober.
De absolute dag varieert aangezien de Kelten een maankalender gebruikten en deze niet helemaal gelijk loopt met de meer gebruikelijke lunisolaire kalender.
Samhain staat ook wel bekend als Halloween of Allerheiligen.
In deze tijd van het jaar is het contact met de andere wereld en de geesten van overleden voorouders makkelijker te maken.
Samhain komt voor in het 10de eeuwse Ierse verhaal Tochmac Emire, de Bekoring van Emer.
In dit verhaal omschrijft Emer, de heldin van het verhaal, Samhain als de tijd dat de zomer zich ten rusten legt.
De naam Samhain wordt door de Ierse emigranten meegevoerd naar Schotland waar hij vanaf de 14de eeuw onder verschillende varianten voorkwam.
In Wales heette het feest Calan Gaeaf, ‘de eerste dag van de winter’.
In de oude Ierse verhalen is Samhain het feest waarin de koningen hun volk verzamelden.
Er werd gegeten, gedronken, er waren spelen en vertier.
In de vroegste teksten zijn er geen vermeldingen van religieuze ceremoniën.
De eerste tekst die daarnaar verwijst, dateert uit de 17de eeuw en is niet echt helemaal betrouwbaar.
Later schreef de Ierse Jeffrey Keating dat de Druïden van Ierland ‘op de nacht van Samhain’ samenkwamen op de heuvel van Tlachtga om er een heilig vuur te ontsteken.
Dat was het signaal voor alle families in het land om hun haardvuur, dat tot die avond gedoofd was, opnieuw aan te steken.
Voor de Kelten was Samhain het einde van de zomer, een overgangsperiode waarin zich mysterieuze zaken konden afspelen.
Omdat dat keerpunt noch het ene, nog tot het andere jaargetijde behoorde, was er veel chaos.
De geesten of elfen die in de heuvels ronddwaalden, konden de mensen de stuipen op het lijf jagen met onschuldige grapjes.
De elfen verzamelden zich buiten om te feesten of steekspelen te organiseren.
Tot in de 19de eeuw zijn er ontelbare verhalen opgeschreven van vreemde wezens, boosaardige geesten, kwade heksen of, in streken waar Scandinaviërs zich hadden gevestigd, trollen, die op de nacht van Samhain actief waren.
Het gewone volk bootste die geesten soms na en trok van huis tot huis verkleed in griezelige kostuums en gewapend met uitgeholde bieten waarin kaarsjes brandden.
Men bedelde dan voor kleine stukjes fruit, koeken of ander voedsel.
Het volk geloofde dat kleine offergaven hen zouden beschermen van plagerijen door de geesten.
Later werden deze bieten, onder Amerikaanse invloed, in de 20ste eeuw pompoenen.